BARNEVELD - Wethouder Leen Verweij gaat onderzoeken of het mogelijk is geld te vinden voor maatschappelijk werk in het basisonderwijs.

De wethouder deed deze toezegging op aandringen van de SGP. ,,De begeleiding van leerlingen is van groot belang’’, betoogde Leendert de Knegt van de SGP.

Ook de ChristenUnie toonde zich warm pleitbezorger van de introductie van maatschappelijk werk in het basisonderwijs. In het voortgezet onderwijs is dit al wel het geval.

De SGP wilde aanvankelijk de vast te stellen nota Jeugdbeleid 2007-2010 wijzigen om het maatschappelijk werk te regelen. De belofte van de wethouder om er werk van te maken, was voor de partij echter voldoende. ,,Ik weet dat er behoefte aan is. Ik sta hier ook absoluut positief tegenover’’, verklaarde Verweij. Wel plaatste hij nog vraagtekens bij de wijze van financiering. ,,Samen met vertegenwoordigers van het basisonderwijs wil ik kijken hoe we kunnen zoeken naar middelen. Ik wil kijken of bestaande middelen niet mede ingezet kunnen worden voor schoolmaatschappelijk werk. Ik doe mijn best mijn bevindingen in de kadernota mee te nemen.’’ In deze nota stelt de raad jaarlijks vast wat de speerpunten van beleid moeten zijn.

Dat er extra hulp nodig is op de basisschool kwam al eerder aan het licht tijdens een hoorzitting die de gemeente hield over het jeugdbeleid. Zorg- en welzijnsorganisatie HdS en Stichting Hervormde Scholen De Drieslag pleitten toen al nadrukkelijk voor een maatschappelijk werker binnen de schoolmuren om zo problemen vroegtijdig te signaleren.