Decentralisaties: Ingrijpende veranderingen, haastig ingevoerd

Werkbezoek zorgboerderij het Paradijs De Glind (De Moestuin)woensdag 29 januari 2014 19:19

Tijdens de raadsvergadering van 28 januari heeft de Raad de kaders vastgesteld voor de drie decentralisaties. Binnen die kaders moet het College beleid ontwikkelen. De decentralisaties zijn omvangrijk en hebben te maken ondersteuning aan mensen die hulp nodig hebben om goed te kunnen functioneren in de samenleving. Dan hebben we het over de WMO, Participatiewet en jeugdzorg.

Hoewel veel wetgeving waar deze kaders op gebaseerd zijn nog niet door de Tweede Kamer is, moet de wet toch in 2015 ingaan. Dit maakt dat veel van het beleid nog onder voorbehoud is. Dat maakte de beslissingen lastig. Ook is niet duidelijk hoe we gaan evalueren of het beleid goed uitwerkt. Daarom hebben we tijdens de raadsvergadering een motie ingediend om als Raad een eigen evaluatie te houden, uitgevoerd door de rekenkamer. Verder hebben we andere moties met die intentie gesteund. De motie die wij opgesteld hebben, is mede ingediend namens de SGP, Pro’98 en BurgerInitiatief. Op verzoek van de wethouder is hij aangehouden, zodat het college zich eerst kan voorbereiden op een bespreking van de evaluatie met de Raad. Deze bespreing zal in april plaats vinden.

Over de decentralisaties valt veel te zeggen. Niet alles wat er toe doet hebben we tijdens het debat genoemd. De meeste zaken zijn in een eerder stadium uitgebreid aan de orde geweest. 

Inleiding

Jarenlang is er over gesproken: de drie decentralisaties. In 2011, heeft onze fractie, hier in deze zaal, een debatavond georganiseerd over de Wet Werken naar vermogen die ingevoerd zou worden. Kamerlid Cynthia-Ortega Martijn heeft haar visie op deze wet gedeeld en er kwam een discussie op gang. Wij waren voorbereid, maar de wet kwam er niet. Kabinet Rutte 1 ging, Rutte 2 kwam; van Cynthia-Ortega hebben we lange tijd niets meer vernomen en de Wet Werken naar vermogen werd ingeruild voor de participatiewet. En die moet vanaf 2015 ingaan, tegelijk met de nieuwe WMO en de nieuwe jeugdwet. Voorzitter, het heeft lang geduurd, maar toch voelt het ook alsof deze wetgeving er doorheen gejakkerd wordt.

De Jeugdwet is in oktober door de Tweede Kamer aangenomen, de participatiewet moet ergens in het voorjaar behandeld worden en wanneer de WMO aan de beurt komt, is nog niet bekend. Het kabinet heeft in november nog besloten dat persoonlijke verzorging toch niet de verantwoordelijkheid van gemeenten wordt, maar van zorgverzekeraars. Dat zijn acties die maken dat voorbereidingen van de gemeenten aangepast moeten worden. Hoe de wetgeving er precies uit komt te zien is dus nog niet duidelijk, maar, de hele bups moet wel in 2015 ingevoerd zijn, dus we moeten aan de slag. En ons college is aan de slag gegaan. Daarom kunnen we vandaag de kaders stellen van grote beleidswijzigingen. Maar door de acties van het kabinet zijn het wel kaders onder voorbehoud. Al met al vinden wij dat het kabinet onzorgvuldig omspringt met deze decentralisaties. Zorgvuldigheid kost het kabinet te veel tijd.

Zorgvuldigheid is vereist

De lijn in het beleid is duidelijk: Zelf-samen-gemeente. Wat burgers zelf kunnen doen, doen ze zelf.  Verder helpen ze elkaar natuurlijk ook. Maar als burgers ondersteuning nodig hebben die de omgeving niet kan geven, komt de gemeente erbij. Dit is een prima lijn. Maar onze fractie vindt het wel belangrijk dat mensen die ondersteuning nodig hebben die ook krijgen. Zorgvuldigheid is daarbij belangrijk. Die zorgvuldigheid zit hem natuurlijk in het invoeren van gedegen beleid, maar ook in het controleren of het beleid naar behoren uitwerkt. Als het niet goed uitwerkt, moet het beleid bijgestuurd worden. Daarvoor is een goede evaluatie belangrijk. We hebben daar al verschillende ideeën over voorbij zien komen. De heer van de broek heeft een motie ingediend waarin hij omschrijft dat de evaluatie vanuit het college vorm zou moeten krijgen in samenwerking met de maatschappelijke organisaties.

Onze fractie vindt het daarnaast belangrijk dat we als raad zelf een onderzoeken hoe dit beleid uitwerkt op de burgers. Daarbij gaat het ons niet zozeer om gemiddelde scores op indicatoren als klanttevredenheid, maar we willen zo snel mogelijk zien waar burgers tegen aan lopen wanneer ze voor ondersteuning aankloppen bij de gemeente of wanneer ze die steun krijgen. Daarom dienen wij een motie in, samen met SGP, PRO98 en BurgerInitiatief, waarin uitgesproken wordt dat de Raad de Rekenkamer zal verzoeken om een monitorgroep samen te stellen. Deze monitorgroep moet dan bestaan uit mensen met uiteenlopende problemen. De groep geeft feedback aan de rekenkamercommissie en die commissie rapporteert dat aan de Raad waardoor we extra imput krijgen als het gaat om eventuele problemen die ontstaan bij de invoering van dit beleid. Hoe één en ander uitgewerkt wordt, moet bepaald worden in een gesprek van de auditcommissie en de rekenkamercommissie. Daarbij kan ook afgestemd worden hoe de rapportages van de commissie samen besproken kunnen worden met die van het college.

Financieel risico

De mensen gaan ons aan het hart. Toch mogen we ook de financiën niet vergeten. Het kan maar zo een hele uitdaging blijken te zijn om de kosten in de hand te houden. De kosten van dit beleid omvatten een groot deel van de totale gemeentebegroting. Er wordt nu een keuze gemaakt  om het budget van het Rijk als taakstellend te beschouwen, terwijl dat wel gepaard gaat met open-einde-regelingen. Ook dat vraagt om een goede monitoring en bijsturing wanneer de kosten uit de pas dreigen te lopen.

Werken aan Welzijn

Belangrijk onderdeel van het belang is dat het College wil inzetten op het ‘samen’ van Zelf-samen gemeente. Samenhang moet bevorderd worden door:

-         vergroting van onderlinge bekendheid, niet iedereen kent zijn eigen buren,

-         vergroting van onderling begrip: juist ook tussen verschillende bevolkingsgroepen,

-         en het vergroten van onderlinge hulp.

De ChristenUnie vindt dit belangrijke aspecten. In een eerder rapport hebben we bijvoorbeeld kunnen lezen dat er veel eenzaamheid is onder ouderen, met name die ouderen die niet aangesloten zijn bij een kerk.  Wij vinden het belangrijk dat hier wat tegen gedaan wordt.

Maar ook moeten mensen gestimuleerd worden om hulp in te schakelen wanneer er sprake is van mishandeling, dementie of stille armoede.

Dit zijn zo enkele problemen die volgens het beleidskader aangepakt moeten worden en die de ChristenUnie na aan het hart staan.

conclusie

We hebben hier een document voor ons dat beschrijft hoe de gemeente handen en voeten wil geven aan de ondersteuning van mensen die dat nodig hebben.  De leidraad daarbij is zelf-samen-gemeente. Al gaat het gepaard met een forse bezuiniging, toch staan er veel doelen in waar we als ChristenUnie warme gevoelens bij hebben, omdat ze mensen helpen bij het functioneren in onze samenleving.  Het beleid is nog onder voorbehoud, omdat de Tweede Kamer over grote delen ervan nog moet beslissen. De ChristenUnie zal de keuzes van het college dan ook nauwlettend in de gaten houden; niet omdat ze het College niet vertrouwt, maar omdat de veranderingen ingrijpend zijn. We wensen het college en de ambtenaren die hier mee bezig zijn veel wijsheid bij voortzetting van het proces.

Lukas Scheijgrond

Labels
Bijdragen
Fractie

« Terug

Reacties op 'Decentralisaties: Ingrijpende veranderingen, haastig ingevoerd'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.