Overdenking: Henk van de Velden; Oog voor elkaar
Bedelaars tref je bij ons bijna niet meer aan, maar in armere landen kom je ze nog vaak tegen. Lukas vertelt in Handelingen 3 over zo’n verlamde bedelaar. Hij zat er al heel lang, verlamd geboren (3:2) en nu al boven de veertig (4:22). Van de geloofsgemeenschap was hij uitgesloten, want zo’n onreine kwam niet voorbij de tempelpoort. Alles waarop hij kon hopen was het medelijden van de voorbijgangers. Die zagen zijn lot vaak als straf van God. De meesten zagen hem niet eens meer zitten. Wat moet deze man zich minderwaardig hebben gevoeld. “Een ellendige” zei men in Israël.
Zo zijn er ook in onze tijd nog miljoenen ellendigen die leven zonder uitzicht en hoop. Armoede, werkloosheid, ziekte, oorlog, discriminatie maken het leven voor velen tot een hel. Ook in ons land zijn steeds meer eenzame mensen aan de rand van samenleving. Vaak lopen we hen zomaar voorbij – te druk met ons eigen leventje. Maar de liefde van God in Christus opent soms ineens onze ogen en maakt ons bewogen mensen.
Hier werkt de Geest van Jezus (16:7) via Petrus en Johannes. “Zilver en goud heb ik niet”, zegt Petrus, “maar wat ik heb geef ik je: In de naam van Jezus Christus de Nazoreeër: “Sta op en wandel!”. De verlamde voelt kracht in zijn voeten! Hij volgt Petrus en Johannes de tempel in - God lovende. De deuren naar het leven en de geloofsgemeenschap zijn nu ook voor hem open. Vele mensen zijn verbaasd. Petrus maakt duidelijk dat de genezing niet door hun eigen kracht maar in de naam van Jezus Christus gebeuren kon. Wanneer hij verkondigt wie Jezus werkelijk is, dan voltrekt opnieuw een wonder: Honderden worden Christus-volgelingen (Hand. 4:4)!
De liefde van Christus opent onze ogen voor de nood van de medemens. Die bewogenheid is door de Geest ook in onze harten uitgestort. Dat hoort bij het wezen van Christen-zijn en Kerk-zijn. In het concrete omzien naar de ander ligt de vervulling van al Gods geboden. Dit beperkt zich niet tot onze eigen horizon. Die verlamde hoorde ook nog niet tot de gemeente. Hoe meer wij oog hebben voor de zwakkeren buiten onze eigen grenzen, hoe meer we onze roeping als gelovigen waarmaken.
Wij leven in vrijheid en welvaart. De Here geeft ons vele middelen om tot een zegen te zijn. Zo kunnen wij bijdragen aan het grote wonder dat dankzij Christus we zelf ingeschakeld worden om Zijn koninkrijk uit te breiden. Deel dus net als zijn eerste volgelingen vanuit de liefde die je hebt ontvangen en je zult ervaren dat het niet minder wordt maar zich vermenigvuldigd.
Henk van der Velde
NGK Voorthuizen-Barneveld