Aanbiedingsbrief
Op blz. 6 wordt verteld dat er een extra investering nodig is voor aanleg van een fietspad aan de westkant van de Eendrachtstraat. Aan de oostkant is al grond gekocht. Bent u van plan dit weer te verkopen en te verrekenen met de kosten?
De bedoelde strook  wordt voor een deel gebruikt voor een verschuiving van de weg, daarnaast is het nog de vraag of een bermsloot noodzakelijk is. Pas daarna kan worden beoordeeld of eventuele overblijvende grond kan worden verkocht.

 

 

1.       Bestuur

·          Blz. 13: De Wet Dwangsom en Beroep vergt voor veel gemeenten een intensief voorbereidingstraject. Is dat ook voor Barneveld het geval en hoe verloopt de voorbereiding?

De inwerkingtreding van de Wet dwangsom en beroep, oorspronkelijk gepland voor 1 januari 2009, is afhankelijk van een ander wetsvoorstel tot aanpassing van wettelijke beslistermijnen. Dit laatste voorstel is nu voor advies naar de Raad van State en zodra dit is aangenomen door zowel de Tweede als Eerste Kamer, kan de Wet dwangsom en beroep in werking treden. De verwachting is dat dit medio 2009 zal zijn, doch uiterlijk 1 januari 2010.

De implementatie van de Wet dwangsom en beroep wordt het eerste half jaar van 2009 voorbereid.

 

·          Hoe staat het met de terugvordering van onkosten van de rellen van oud/nieuw?

De schade van een aantal kleinere vernielingen (prullenbak/verkeersbord/bankjes) is inmiddels teruggevorderd. De grootste schade, de vernielingen die zijn aangericht rondom de Lijsterhof op oudejaarsdag, is nog niet teruggevorderd. De politie heeft deze zaak in behandeling genomen en heeft de daders gehoord. Vervolgens is het proces-verbaal ingezonden richting justitie. De gemeente heeft zich in deze zaak civiel partij gesteld. Een bericht van justitie dat deze partijstelling in behandeling is genomen, is ontvangen. Er is nog geen definitief bericht over de resultaten.

 

2.       Veiligheid

·          Blz. 21: De opkomsttijden van de brandweer worden strakker gereguleerd. Dat zal voor Barneveld mogelijk resulteren in een aantal knelpunten. Kunt u dit toelichten c.q. hierover meer specifiek zijn?

De huidige situatie is dat BZK een adviesnorm afgeeft over de dekking. Thans is de adviesnorm dat de brandweer in 80% van de gevallen op tijd moet zijn.

Het is echter aan de gemeente om de hoogte van de dekking te bepalen.

De minister heeft thans in voorbereiding de wet en het besluit rond de veiligheidsregio’s.  Daarin wordt het systeem van adviesnorm verlaten en komt er een wettelijke norm voor terug. In de 1^e plaats zal naar verwachting de norm van 80% omhoog worden getrokken. Verder worden t.a.v. specifieke objecten normen gesteld. Zo wordt er over gesproken dat voor gevangenissen een norm gaat gelden van 5 min. maximale opkomsttijd.  Op de Kootkazerne zit een militaire gevangenis. Dus krijgen wij te maken met de wettelijke bepalingen.  Als 3^e punt wordt er over gesproken om redvoertuigen te bestempelen als 1^e lijn voertuigen gelijk te schakelen met de opkomsttijd van de 1^e autospuit. Dit zou dus kunnen inhouden dat er meer redvoertuigen moeten komen. (investering voertuigen-bemensing-stalling)

 

3.       Verkeer en openbare ruimte

·          Blz. 29: De valleilijn wordt verder geoptimaliseerd. Daaronder valt naar onze mening ook dat er conducteurs worden ingezet. Valt dit ook onder de voorgestelde optimalisatie?

Voor de valleilijn is een veiligheidsconvenant afgesloten met aanliggende gemeenten en de provincie. Hierin worden verschillende veiligheidzaken ondergebracht.

 

·          Blz. 30: is er al overleg met de NS over een mogelijke intercitystop bij het Transferium naast de lobby? Wij krijgen de indruk dat men nu op elkaar zit te wachten.

Hierover is reeds uitvoerig overleg geweest op verschillende niveau's. NS staat niet onwelwillend tegenover een IC stop, maar een definitief standpunt is afhankelijk van de rendementsberekening die zij nu maken, alsmede de inpasbaarheid in de nieuwe landelijke dienstregeling vanaf 2013.

Om sturing te geven aan de verschillende initiatieven heeft de gemeente het voorstel gedaan een stuurgroep op te richten. Van op elkaar zitten wachten is zeker geen sprake.

 

·          Op blz. 30 wordt ook spoorverdubbeling genoemd. Over welk traject gaat dit precies? Is er al iets meer bekend over de plannen van het ministerie van V&W over de mogelijke verdubbeling van de hele Valleilijn?

Dit betreft het traject vanaf de hoofdspoorlijn Amersfoort – Apeldoorn tot iets ten zuiden van het station Barneveld Noord. Over verdere plannen is nog geen duidelijkheid.

  

·          Doel 1.3 stelt een onderzoek naar de verbetering van wegranden in het vooruitzicht. Welk bedrag is hiermee gemoeid en wat is de omvang van het onderzoek, want verbetering van alle wegranden moet wel een megaproject zijn.

Met het onderzoek zijn geen extra uitgaven gemoeid, dit wordt meegenomen in de reguliere inspecties. De resultaten van dit onderzoek zullen aan de raad worden gepresenteerd.

 

·          Doel 3.1: goede zaak dat er een startnotitie komt voor de herijking van het groenstructuurplan. Op welke manier bent u voornemens, om daarin de gegevens, van de  recente onderzoeken van de laatste jaren, zoals het rapport “Leefbare Stad groen Stad”  te verwerken? Deelt u onze mening dat groen een prominente plaats in de stedelijke omgeving verdient, om daarvan de leefbaarheid te bevorderen?

In de startnotitie groenstructuurplan zal hier aandacht aan gegeven worden.

 

·          Wat wordt er gedaan om vernieling van bepaalde bushaltes terug te dringen? Voor wie zijn deze kosten en hoe lang worden vernielde glazen vervangen alvorens er een ‘no go’ op dit punt wordt uitgesproken? Het gaat in sommige gevallen om vernielde bushokjes eens per twee weken (!)

Van graffiti worden foto's gemaakt voordat deze verwijderd wordt. Deze foto's worden doorgegeven aan de politie die soms aan de hand de foto's het kenmerk van een dader kan achterhalen. In dat geval kan de schade worden verhaald. Het verwijderen van graffiti en andere zaken pakken wij zo snel mogelijk op hersteld om meerschade te voorkomen.  De kosten die niet kunnen worden verhaald zijn voor rekening van de gemeente. De kosten van herstel worden door ons apart bijgehouden om eventuele beleidskeuzes te kunnen maken.

 

4.       Lokale economie

·          Blz. 41: een indicator onder punt 2 is de uitgifte van 130 ha bruto nieuw bedrijventerrein in de periode tot 2020, m.i.v. 2010. Is het college inmiddels zeker van het feit dat er in 2010 gestart kan worden met de uitgifte van bedrijventerreinen?

Vooralsnog is er geen reden om aan te nemen dat de planning niet gehaald wordt.

 

·          Blz. 42: Toelichting bij 2.2. Barneveld kent een voorrangspositie toe aan lokale bedrijven. Is dit juridisch haalbaar? Ook in het licht van het Europese recht van vrije vestiging?

Ja, het gronduitgiftebeleid is een privaatrechtelijke aangelegenheid welke valt binnen de gemeentelijke vrijheid tot het formuleren van beleid. Het gemeentelijk gronduitgiftebeleid valt niet binnen de reikwijdte van het Europees recht van vrije vestiging.

 

·          Blz. 42: subdoel 2.6. Indicator is 20 functieveranderingen eind 2009. Hoe komt u aan deze indicator? En hoe moeten we deze indicator interpreteren?

Deze indicator is gebaseerd op het tot nu toe bekende aantal verzoeken om functieverandering van een dusdanige kwaliteit (verzoek past binnen het beleidskader) dat ze in goed overleg gehonoreerd kunnen worden. Wij verwachten een aanzienlijke toestroom van dit soort verzoeken, maar hoeveel aanvragen in 2009 afgehandeld kunnen worden zal afhangen van het aantal dat wordt ingediend en of deze passen binnen het beleidskader.

 

·          Blz. 43: subdoel 5.1, indicator minimaal aantal overnachtingen van 419.000. Hoe gaat u dit realiseren?

De kaders voor de verdere ontwikkeling van recreatie en toerisme in onze gemeente zijn vastgelegd in het Toeristisch Recreatief Ontwikkelingsplan. Door middel van de uitvoer van het bij het plan behorende actieprogramma zal de aantrekkelijkheid van het toeristisch recreatief product worden gestimuleerd met als doel het aantal toeristische overnachtingen te verhogen.

 

·          Blz. 44: subdoel 7.2, indicator winkelvloeroppervlak in Voorthuizen minimaal 12.338. Hoe komt u bij deze indicator en waarom zet u in op een afname van bijna 2000 m2?

De streefwaarde voor 2009 is gebaseerd op de methodiek welke wordt gehanteerd in het retail handboek 2007 van Locatus. Dit handboek bevat een overzicht van de belangrijkste kengetallen van de Nederlandse detailhandel. In de methodiek van locatus wordt voor het classificeren van het verzorgingsniveau een verzorgingsindex gehanteerd welke is gebaseerd op de verhouding tussen het totale winkelvloeroppervlak en het aantal inwoners. Het detailhandelsaanbod in de kern Voorthuizen is volgens deze index te kwalificeren als gemiddeld. Voor kernen tussen de 7.500 en 10.000 inwoners dient het detailhandelsaanbod tussen de 1.272 en 1.908 m2 per 1.000 inwoners te liggen. Het beleid is er op gericht om het actuele verzorgingsniveau vast te houden, hetgeen er op neerkomt dat tenminste de genoemde ondergrens als indicator wordt gehanteerd. Deze methodiek is tevens bij de overige doelen toegepast. Het verschil ten opzicht van 2007 is het verschil tussen de feitelijke situatie (indicatoren 2007) en de ondergrens van de nieuwe berekeningsmethodiek. Tenslotte geldt specifiek voor de kern Voorthuizen dat er op dit moment planvorming gaande is voor het opstellen van een handelsvisie. Gelet op de op dit moment bekend zijnde gegevens kan de voorlopige conclusie worden getrokken dat er in distributie planologische zin draagvlak aanwezig lijkt te zijn voor een beperkte uitbreiding van het detailhandelsaanbod. De verwachting is dan ook dat de feitelijke situatie zich zal ontwikkelen richting de bovengrens van de bandbreedte.

 

·          Hoeveel beleidsruimte is er voor ons als gemeente bij de uitgifte van bedrijventerrein? (zwaardere industrie mogelijk weigeren?)

Bedrijventerrein Harselaar heeft de status van regionaal bedrijventerrein. Deze status brengt met zich mee dat het bedrijventerrein in planologische zin ruimte moet bieden voor een gedifferentieerd aanbod aan bedrijven. De provincie Gelderland zal bij haar beoordeling van het bestemmingsplan toetsen in hoeverre hieraan invulling is gegeven. Dit wil overigens niet zeggen dat het zondermeer mogelijk wordt gemaakt om bedrijven in de zwaardere milieucategorieën op het bedrijventerrein te vestigen. Om grip op dit proces te houden wordt de vestiging van bedrijven vanaf milieucategorie 5 alleen mogelijk gemaakt middels een wijzigingsbevoegdheid in het bestemmingsplan. 

 

5.       Onderwijs

 

6.       Cultuur

Blz 59: is de investering in uitbreiding Nairac een vooruitlopen op het onderzoek dat loopt en dat nog vastgesteld moet worden of staat deze investering hier los van? Investeringbedrag € 1.430.000,00.

Het opgenomen bedrag van € 1.430.000,-- is vooruitlopend op het onderzoek opgenomen. De resultaten van het onderzoek komen in februari in de gemeenteraad aan de orde.

 

8. Werk en inkomen

·          Doel 1.2.2. Waarom is het minimale percentage gemeenschappelijk verzekerden maar 15%?

De collectieve ziektekostenverzekering voor minima kent momenteel zo’n 600 deelnemers. De omvang van de totale doelgroep is door ons adviesbureau BS&F in oktober 2008 bepaald op 3.100 deelnemers.. Derhalve bedraagt de deelnamegraad nu bijna 20%. Het is moeilijk aan te geven wat een reëel percentage voor deelname is. Dat hangt nauw samen met de bereidheid om de bijdrage die de gemeente geeft te verhogen. De komende maanden start weer een campagne om potentiële deelnemers te informeren over onze collectieve verzekering. We streven er naar om de deelnamegraad in 2009 tot 25% te verhogen.

 

9. Welzijn en zorg

·          Blz. 73: RAAK-aanpak. Barneveld is niet een van de 35 centrumgemeenten. Ede is dat wel. Hoe gaat Barneveld ervoor zorgen dat Barneveldse belangen bij het invoeren van de RAAK-aanpak voldoende worden meegenomen?

·          Blz. 79, punt 7. Klopt het dat we RAAK niet terugzien als middel bij de aanpak huiselijk geweld? Zo ja, waarom (nog) niet?

De gemeente Barneveld gaat onder leiding van centrumgemeente Ede en samen met de gemeenten Nijkerk, Scherpenzeel en Wageningen de komende jaren een regionale aanpak opzetten ter bestrijding van kindermishandeling. Hierbij wordt de zogenoemde ‘RAAK-werkwijze’ geïmplementeerd. Omdat de aanpak van kindermishandeling al onderdeel uitmaakt van het Steunpunt Huiselijk Geweld West-Veluwe/Vallei zal de aanpak vanuit het steunpunt vorm worden gegeven.

 

10. Milieu

·          Waarom duurt het 6 maanden voordat een milieu vergunning afgegeven kan worden. Hoe zou dit versneld kunnen worden?

In de wettelijke procedure is al 3 maanden tijd opgenomen voor inspraak en eventueel bezwaar namelijk na de ontwerpbeschikking en na de beschikking. De overige tijd wordt veelal gebruikt om aanvullende informatie te verkrijgen, mag soms 12 weken duren. Gelukkig gaan er veel procedures sneller dan 6 maanden, het merendeel van de procedures wordt op dit moment afgerond binnen een termijn van 100 kalenderdagen. Zodra er bezwaren komen hetzij van omwonenden, hetzij van de aanvrager neemt de proceduretijd vaak exponentieel toe.

 

·          Op welke manier worden de risico’s die bedrijven met zich mee brengen inzichtelijk gemaakt. Hoe kunnen wij kennis nemen van deze risico’s?

Risico's die bij bedrijven spelen zijn/worden vastgelegd in een landelijke databank. Op www.risicokaart.nl wordt dit inzichtelijk gemaakt. Tevens is er bij de beleidsvisie externe veiligheid van de gemeente, die de raad ter kennisname  is aangeboden, een bijlage toegevoegd met alle risicovolle objecten in Barneveld. Dit zijn inrichtingen waarbij LPG/propaan opslagen voorkomen, waar opslag van gevaarlijke stoffen plaatsvindt en waar grote ammoniakkoelinstallaties aanwezig zijn.

 

·          Doel 2.2: middelbare scholieren worden bij de opschoondag betrokken. Zijn er al ideeën waarin dit concreet wordt uitgewerkt?

Dit aspect wordt in 2009 verder uitgewerkt. Concrete, wat verder uitgewerkte, ideeën zijn er nog niet.

 

·          Blz. 67: er komt een stortpas voor ieder huishouden. Wat is het financiële gevolg vergeleken met de huidige regeling?

In de begroting 2008 was rekening gehouden met de verkoop van 4.000 pasjes. Dit betekent een opbrengst  van € 60.000,--  Door het wegvallen van de verkoop zou de afvalstoffenheffing met € 5,-  extra verhoogd moeten worden. Daar gingen we in de Kadernota nog vanuit. Door de  meeropbrengst van het oud papier kunnen we volstaan met een extra verhoging van 0,68%. Concreet betekent dit dat meer-persoonshuishoudens € 1,98 meer gaan betalen en éénpersoonshuishoudens € 1,19. Dit is in de begroting 2009 opgenomen. 

 

·          Welke instrumenten krijgt de gemeente bij het afsluiten van overeenkomsten op basis van het water structuurplan?

Per uit- of inbreidingsgebied, bijvoorbeeld Blankensgoed, Veller of Harselaar Centraal, wordt een waterstructuurplan opgesteld. Eén van de doelen van een dergelijk plan is een robuuste waterkwaliteit. Het plan geeft daarvoor aan wat van belang is, bijvoorbeeld het gebruik van zware metalen (koper, lood, zink) bij woningbouw en in de openbare ruimte maximaal terug te dringen. In de af te sluiten overeenkomsten met projectontwikkelaars wordt naar dit waterstructuurplan verwezen. Zodoende is voor projectontwikkelaars /woningbouwers duidelijk met welke aspecten in het kader van de waterhuishouding rekening gehouden dient te worden.

 

 

11. Ruimte, bouwen en wonen

·          Hoeveel procent van de woningen is 100 starterswoningen? Dit lijkt minder dan 1/3, een doelstelling die nodig is voor goedkope woningen.

Voor 2009 ziet het er naar uit, gezien de voorlopige resultaten bij het opstellen van het jaarprogramma 2009, dat wij ruimschoots zullen voldoen aan de doelstelling om 100 'starterswoningen' (sociale huur en goedkope koop) te bouwen. Daarmee zou naar verwachting 25 tot 30% van de productie als 'starterswoning' worden gerealiseerd. Dit laatste cijfer is echter afhankelijk van het totaal te bouwen woningen, waarnaar momenteel nog onderzoek wordt gedaan.

 

·          Blz.97, laatste zin: Hoe denkt u de kosten voor de jaren 2011 en 2012 te dekken?

De lasten worden in 2011 en 2012 gedekt uit de ruimte voor incidentele beleidstoevoegingen.

 

·          Hoe staat het met de terugvordering van de kosten van de rellen van oud/nieuw?

Zie het antwoord op de 2^e vraag onder 1 Bestuur.

 

 Paragraaf 1 Lokale heffingen

·          Blz. 105: de hondenbelasting is een zuivere heffing. Dit wordt momenteel door veel inwoners niet (meer) zo beleefd. Heeft een gemeente vrijheid de aard van deze belasting te veranderen of is daarvoor een wetswijziging nodig?

Ja, om de aard van deze heffing te wijzigen is een wetswijziging nodig.

Dit neemt niet weg dat de gemeente de bevoegdheid heeft om de opbrengst voor bepaalde kosten te bestemmen, of om een differentiatie in de tarieven aan te brengen. Er zijn echter naar onze mening verschillende redenen om dit niet te doen.

Ten eerste het feit dat de hondenbelasting een zuivere heffing is met als belangrijk kenmerk dat tegenover de betaling geen direct aanwijsbare tegenprestaties van de overheid staan.

Ten tweede zal tariefsdifferentiatie leiden tot een discussie over de (vermeende) tegenprestatie waarvan de ene hondeneigenaar geen of minder profijt heeft dan andere hondeneigenaren.

Tariefsdifferentiatie zal naar onze inschatting meer vragen oproepen en de zaak alleen maar complexer maken hetgeen dan weer in strijd is met ons streven om de regels te vereenvoudigen.

 

Algemene dekkingsmiddelen en Onvoorzien

• Blz. 100: de algemene uitkering is EUR 3,1 mln hoger dan eerder voorzien. Deels wordt al een verklaring gegeven voor de hogere uitkering (ongeveer de helft is nodig voor de stijging van lonen en kosten te compenseren). Kunt u verklaring c.q. een uitsplitsing geven voor de andere helft?

Een deel van de algemene uitkering (het zogenaamde reële accres) is bedoeld om de groei van bestaand beleid en nieuw beleid op te vangen. Daarnaast zijn er onderdelen in de algemene uitkeringen die voor specifieke doeleinden bestemd zijn. Het geheel maakt dat de uitkering met 3,1 miljoen stijgt.

 

• Blz. 100: bij de algemene uitkering wordt gesproken over de bijstelling op grond van de rijksbegroting. Is inmiddels meer bekend over deze bijstelling?

Intussen is deze bijstelling vastgelegd in de septembercirculaire 2008. Voor een toelichting hierop verwijzen wij u naar de tweede Bestuursrapportage 2008.

 

• Blz. 100: stelposten inkomsten: Gesproken wordt over een bedrag van EUR 408.000 voor nog te realiseren besparingen. Kunt u aangeven hoe dit bedrag zal worden bespaard?

Het gaat hier om de bedragen die in voorgaande jaren als meerjarige ombuigingstaakstelling zijn ingeboekt. De afgelopen jaren hebben we jaarlijks circa 80% van de taakstelling gerealiseerd. Het gaat dan om een efficiënte bedrijfsvoering, zoals de digitalisering van archieven, treasurybeheer en, inkoopvoordeel.

  

Paragraaf 1: Lokale heffingen

• Blz. 107: in de tabel wordt gesproken over de plaats van Barneveld in Gelderse en landelijke ranglijst. Is in deze ranglijsten nummer 1 de goedkoopste of de duurste gemeente?

Nummer 1 heeft de laagste woonlasten.

• Blz. 107: een vergelijking met andere plaatsen is leuk, maar heeft het college een ambitie als het gaat om de plek in de Gelderse of landelijke ranglijst?

Zowel landelijk als provinciaal kan Barneveld nu worden gerekend tot de gemeenten met een (iets boven) gemiddelde lastendruk. Wij streven er naar dat de lastendruk in principe niet boven die gemiddelden uitkomt.

Bijzondere situaties kunnen echter aanleiding geven om dit uitgangspunt te heroverwegen.

 

 Paragraaf 3: Onderhoud kapitaalgoederen

• Blz. 111 – 113: de voorzieningen onderhoud Wegen, vervangingstraatverlichting en voorziening Groen laten in meerjarenperspectief telkens een netto mutatie van 0 en een stand van 0 zien. Op het eerste gezicht lijkt het vormen van een voorziening geen zin te hebben, immers, er worden geen reserveren voor de toekomst gemaakt. Heeft het werken met voorzieningen voor genoemde onderwerpen nog wel zin?

Het betreft hier een egalisatiefonds. Op begrotingsbasis zijn de uitgaven en inkomsten aan elkaar gelijk (mutatie is per saldo 0) maar op rekeningsbasis worden wel bedragen aan deze voorzieningen toegevoegd of onttrokken.

 

 

Paragraaf 4: Financiering

• Algemeen: Is er inmiddels al wat te vertellen over de gevolgen van de kredietcrisis voor de financiering van onze gemeente? Zijn de kosten van kapitaal gestegen, is er gewijzigd beleid ten aanzien van het uitzetten van (tijdelijke) overschotten?

Hiervoor verwijzen wij naar het memo over de kredietcrisis van 22 oktober 2008 dat u inmiddels heeft ontvangen.